voorwoord uit het boek

 

In mijn 25-jarige loopbaan als statutair (interim-)directeur, directielid, adviseur en commissaris van diverse MKB-bedrijven  met tussen de 100 en 1600 werknemers heb ik leiding gegeven aan c.q. was betrokken bij turnaround situaties. 

Het is mijn stellige overtuiging dat veel (financiële) problemen te voorkomen waren door een strakker en meer gedisciplineerd management dat op de hoogte zou zijn geweest van het onderwerp Governance. Dit wordt bevestigd door een aantal faillissementen van grotere concerns waarbij achteraf is gebleken dat een faillissement onnodig is geweest.

In die afgelopen 25 jaar ben ik geconfronteerd geweest met Raden van Commissarissen (“RvC”) alwaar ik een 40-tal commissarissen de revue heb zien passeren. Zonder daarbij in betweterigheid te vervallen moet ik constateren dat – in mijn beleving – hooguit een 5-tal van deze commissarissen veel nut heeft gehad ofwel een doorslaggevende bijdrage heeft geleverd aan het welzijn van de onderneming. Van de rest was daarnaast een 5-tal commissarissen met wie je soms een goed gesprek kon hebben, maar van de resterende 30 commissarissen moet ik constateren dat hun bijdrage minimaal zo niet zelfs contraproductief is geweest.

Ik voel mij in deze analyse gesterkt door het feit dat veel van mijn vakbroeders min of meer dezelfde ervaringen hebben; ik heb hier dan ook dankbaar gebruik van gemaakt. Mijn dank aan allen die voor deze zinvolle en praktische input hebben gezorgd.

Gezien de toenemende wens vanuit de wetgever en de maatschappij als ook vanuit de ondernemingen zélf om erop toe te zien dat de regels en wetten worden nageleefd ben ik van mening dat de meeste bestuurders er groot belang bij hebben om alles goed te regelen.

Dit wordt des te meer ingegeven door de huidige Corporate Governance Code die echter alleen voor structuur-ondernemingen geldt zijnde de beursgenoteerde ondernemingen, grotere familiebedrijven als ook nutsbedrijven, ziekenhuizen en woningcorporaties. Hoewel deze Code dus niet op het overgrote deel van het MKB van toepassing is, dient een bestuurder van een MKB-bedrijf zich wel degelijk te realiseren dat in kritische situaties de rechter deze Code als leidraad zal hanteren.

In dit boek zal ik op basis van mijn jarenlange praktische ervaringen ook nader ingaan juist op de vele nadelen en valkuilen bij het instellen van een RvC. 

Dat gezegd hebbende komt de vraag naar voren hoe bestuurders en aandeelhouders toch op een adequate wijze de wetten en regels conform de Code kunnen volgen. Het is mijn intentie om bestuurders maar ook aandeelhouders binnen het middelgrote MKB handvatten aan te reiken en hen te behoeden voor valkuilen. Verwacht in dit boek geen theoretische en academische verhandelingen.

Tenslotte: Governance is een bedrijfskundig, management onderwerp waarbij de rol van juristen beperkt moet blijven tot het aangeven van de grenzen en het hooguit proactief kunnen meedenken bij het inzetten van formaliteiten rondom de Code.